Hoe dicht naast elkaar kun je rijden met een snelheid van ongeveer 360 kilometer per uur? Hoe dicht langs de muur kun je dan gaan? Hoe dicht kun je achter je voorligger gaan rijden voordat je probeert als eerste de bocht in te duiken? De gemiddelde Indy racing coureur zal op al deze vragen hetzelfde antwoord geven: Heel dicht.
Het is zondag 29 mei. Race day voor de 100e verjaardag van de Indianapolis 500. 500 mijl wiel aan wiel op hoge snelheid. Soms 3 dik de bocht in. Slipstreamen als moderne vorm van kunst. Zo dicht achter je voorligger dat je de onderdelen van zijn versnellingsbak kunt tellen. 30 heren. 3 dames (Ooh Danica... oeps ik dwaal af). Een kien uitgedokterde pitstop strategie maar bij de eerste gele vlag gewoon met zijn allen naar binnen. 800 bochten op de limiet in opperste concentratie.
De race zelf kende een zeer spannende ontknoping. Veel coureurs hopen nog op een gele vlag. Maar die vlag komt niet, waardoor de een na de ander toch nog een pitstop moet maken. Rookie Jr. Hildebrand hoeft niet te stoppen en ligt vlak voor het einde zomaar op kop. Al 799 bochten op de limiet in opperste concentratie heeft hij afgelegd, maar in bocht 800 gaat het fout. Hij is te ongeduldig en wil een achterblijver buitenom inhalen in die laatste bocht. Hoe dicht langs de muur kun je dan gaan? Soms iets te dicht. Tijdens zijn crash glijdt hij nog wel over de finish, maar Dan Wheldon is hem inmiddels gepasseerd en wint deze Indy 500.
Een mooie race met een knotsgek einde. En vooral een geweldige ervaring die ik voor geen goud had willen missen!
1 opmerking:
Cool, Cool, Cool.
Pap
Een reactie posten